Waarom Tietia graag sport

Blogger Tietia schrijft in deze olympische maand over het thema sport en de rol die dat in haar leven speelt.

Bewegen is voor mij net zoiets als ademhalen, ik kan niet zonder. Voor mij heeft bewegen ook te maken met ontdekken, ervaren en grenzen verkennen.

Als klein meisje al was ik niet te houden; nieuwsgierig en beweeglijk. Mijn ouders waren me, toen ik nog een peuter was, regelmatig kwijt. Dan zagen ze me op het pleintje voor onze flat lopen in mijn blauwe pyjamaatje en op mijn vaders pantoffels. Of aan de overkant van de net bevroren vaart in een wit besneeuwd weiland. Dan was ik uit mijn bed en het huis ontsnapt en had ik geen geduld om nog langer te wachten.
Mijn ouders waren ook sportief. Mijn moeder was beweeglijk en zeer lenig, zelfs nu nog, 81 jaar oud, buigt ze moeiteloos voorover om met haar vingers de grond te raken. Mijn vader voetbalde en volleybalde en dat volleyballen heeft hij tot ongeveer zijn 75ste gedaan. Hij wandelt en fietst nu, op de leeftijd van 83 jaar, nog elke dag. En doet bij het opstaan gymnastiek. Ik ben met bewegen groot gebracht.

Schaatsen is altijd een passie gebleven

Toen de vaart was dicht gevroren en ik drieënhalf was, zetten mijn ouders mij met een bezem op het ijs, met schaatsen onder. Ze deden het me voor en gingen toen samen heerlijk rondjes schaatsen. Met mijn bezem onder mijn arm hakkelde ik over het ijs, net zo lang tot ik mijn eerste streken maakte. Schaatsen is altijd een passie gebleven. Fietsen heb ik mezelf geleerd toen ik vier was. Ik leende het blauwe fietsje van buurmeisje Wiepie. 
Ik had al tijden naar haar staan kijken, terwijl zij trots rondjes draaide en dat wou ik ook! Gelukkig bezat ik een sterke wil en na een paar keer vallen kon ik het. Mijn ouders begrepen dat het tijd was voor snelheid en avontuur en kochten een rode autoped voor me. Licht als de wind zoefde ik over de stoepen. Mijn wereldje werd ineens twee keer zo groot! Ik heb mijn eerste vervoermiddel helemaal afgereden.

Ik kon hardlopen als de beste

Een wild jongensmeisje werd ik, bomen klimmen, hutten bouwen, voetballen, dat soort werk. En ik kon hardlopen als de beste. Ik was mager en lenig en rende alle kinderen in de straat er uit. En rolschaatsen. Ik sliep nog net niet met mijn rolschaatsen aan maar verder waren mijn rolschaatsen en ik onafscheidelijk. Mijn knieën waren altijd blauw en open. Voetballen was ook een passie en ik was er goed in. De jongens kozen me meestal als één van de eersten of ik mocht zelf mijn team kiezen. Ik was snel en behendig. Veel vrouwen kunnen niet zeggen dat ze nog met Foeke Booij (profvoetballer, trainer en nu technisch manager bij Cambuur) gevoetbald hebben, maar ik wel. Voor de jongens was ik één van hen, ik hoefde geen moeite te doen er om bij te horen.

Ik wilde ook zo’n donkerblauw turnpakje

Bij meisjes was dat anders, ik begreep ze niet zo en wist niet goed wat ik moest doen om er bij te horen. En toch wilde ik in mijn hart ook graag één van hen zijn. Een aantal meisjes had op school met gym een donkerblauw turnpakje aan met een embleem erop van de turnvereniging in de buurt. Heimelijk was ik daar jaloers op. Ik wilde ook zo’n donkerblauw pakje en van die linnen schoentjes met een elastiek over de wreef. Ik vroeg mijn moeder of ik ook ‘op CJO’ mocht. Het mocht en samen kochten we mijn turn-outfit. Mijn moeder naaide het embleem op mijn turnpakje. Ik zie me nog staan. Allemaal meisjes op een rijtje in een zelfde tenuetje. Wat voelde ik me trots. Ik hoorde er eindelijk bij! 
Lang heeft mijn euforie niet geduurd; ik kreeg nachtmerries van de brug met ongelijke leggers en werd misselijk bij het zien van de evenwichtsbalk of de hoge bok. Mijn turnavontuur duurde slechts een blauwe maandag, ik had er geen talent én wel angst voor. Later heb ik het nog geprobeerd bij een handwerkclubje maar daar kreeg ik te horen dat ik niet netjes genoeg op de lijntjes borduurde. En dus beperkte ik me maar weer tot het heerlijke voetballen, elke dag na school.

Dus stierf mijn voetbal een langzame dood

Dat stopte toen ik naar de middelbare school ging. Daar voelde het voor mij als een noodzaak om bij de meisjes te horen en daar paste voetbal met de jongens niet bij. Dus stierf mijn voetbal een langzame dood. Voetbalclubs voor meisjes had je in die tijd nog niet. Turnen werd nooit mijn ding. Ik was er veel te bang voor maar balspellen en atletiek, daar blonk ik in uit. Volleybal, basketbal, softbal, hardlopen, verspringen en speerwerpen, dat soort dingen, heerlijk! En schaatsen natuurlijk. Als er natuurijs was trokken we er in de weekenden vaak met het hele gezin op uit. Dat was een vanzelfsprekendheid: als er ijs lag ging je schaatsen. Ook samen met mijn vader maakte ik mooie tochten. Hij schaatste het liefst op plekken waar nog niemand geweest was en ik schaatste achter hem aan.


Ik voelde me langs de zijlijn staan

Tijdens mij studententijd basketbalde en volleybalde ik en deed ik aan karate. Voor een prikje kon je overal aan deelnemen en ik genoot er van. Later in mijn leven ben ik ook nog gaan tennissen. Dat was in de tijd dat ik op een groot recreatiecentrum woonde met een tennisbaan naast de deur. Volleyballen ben ik tot mijn vijftigste blijven doen en als het kon deed ik het nog steeds. Met een aantal vrouwen uit de buurt hadden we zelf een volleybalvereniging opgericht en naast het sportieve element was er ook het gezellige. De meeste vrouwen kende ik al jaren en we hadden dikke lol met elkaar. Het was echt een feestje om met hen te volleyballen. Maar na heel wat sportieve jaren kreeg ik steeds meer last van spieren en gewrichten. ‘s Zomers ging het goed maar ‘s winters was het een drama! Ik moest steeds vaker afzeggen vanwege pijn in mijn vingers, knieën, rug, schouders of nek. En na twee keer een achillespeesblessure van een half jaar, hield ik het voor gezien. Met pijn in het hart. Ik wilde het trainen niet missen maar ook de gezelligheid niet. Een paar keer nog bood ik daarom aan om te fluiten tijdens de trainingen maar ik voelde me letterlijk langs de zijlijn staan. Ik gaf het op.

Een jaar lang vermaakte ik me met de Wii

Samen met Jan besloot ik tennislessen te gaan nemen. In tennis had ik ook altijd veel plezier gehad. Helaas kwam er na tien keer trainen voor mij geen vervolg want ik had een tennisarm! Wat nu? Het was akelig dat mijn lichaam me zo in de steek liet maar ik kon niet op mijn krent blijven zitten. Ik moest íets doen. Zoals ik al zei: bewegen is voor mij als ademhalen. En dus vroeg ik voor mijn verjaardag een Wii. Zo’n apparaat dat je aansluit op je tv en waarmee ja allerlei oefeningen kunt doen. Ik deed Zumba, Yoga, fitness en boksen. Nou ja, zo goed en zo kwaad als het soms ging. Een jaar lang vermaakte ik me met de Wii en toen ontdekte ik ‘Nederland in beweging’. Een dagelijks televisieprogramma, met een oefengroep die alle bewegingen voordoet, zodat je die voor je scherm mee kunt doen. Mijn omgeving, collega’s en kinderen met name, pestten me er mee want ze vonden het een bejaardenprogramma! Finaal de gek hadden ze met me. Maar het maakte me niet uit want ik had mijn dagelijkse portie bewegen en dat deed me goed, ik voelde me er fit bij. 
Ik was bijzonder trouw en sloeg geen dag over, zelfs in het weekend ging ik door. In die tijd zwom ik ook op de zondagochtenden en elk jaar deed ik mijn dertig baantjes weer heel wat minuten sneller. Ik ben er van overtuigd dat dit door Nederland in beweging kwam. En door het wandelen, Nordic walken en fietsen, dat ik ook deed.

Vorig jaar maart kon ik me aansluiten bij hardloopgroep 50+ in Friesland

En toen werd ik op mijn 55ste geveld door een ernstige burn-out. In het begin probeerde ik Nederland in beweging nog wel bij te houden maar dat ging steeds beroerder. Soms had ik na een kwartiertje bewegen het gevoel dat ik zevenhonderd kilo woog! Tot de dag dat ik zó moe was dat ik helemaal niets meer kon en verplicht moest gaan rusten. Maandenlang heb ik liggend op de bank doorgebracht, totaal niet meer in staat om te sporten, laat staan om überhaupt iets te doen. Een wandelingetje met de hond, dan had je het wel gehad. Heel, heel langzaam kon ik na maanden weer wat gaan bewegen en bouwde ik een beetje conditie op. Vorig jaar maart (2017) was ik zo ver dat ik me kon aansluiten bij een beginners-hardloopgroep van 50+ in Friesland. Tien weken lang trainde ik in een heel gezellige groep onder zeer deskundige leiding, met als doel de 5 kilometer tijdens ‘De loop van Leeuwarden’. En die heb ik, met vallen en opstaan, gehaald. Zo trots als een pauw! Elke week schreef ik daarover een blog. Die blogs en nog vele andere, die ik daarna schreef, kun je terugvinden op de site van 50+ in Friesland.

Zo af en toe doe ik Nederland in beweging

Zijn mijn spier- en gewrichtsproblemen nu verleden tijd? Nee helaas niet. Door al het liggen op de bank liep ik een peesontsteking in mijn schouder op, die nog niet genezen is. Ik doe er dagelijks oefeningen voor. En tijdens het hardlopen liep ik een zweepslag in mijn linker kuit op, waardoor ik drie weken uit de running was. Mijn droom is om op termijn weer te gaan tennissen en binnenkort weer voorzichtig te beginnen met wat hardlopen. Op dit moment begin ik mijn dag op de crosstrainer en zo af en toe doe ik Nederland in beweging. Dit wil ik weer dagelijks gaan doen. Er is altijd wel een manier om iets aan beweging te doen, in welke omstandigheden je ook bent. Ik hoop te blijven bewegen tot mijn laatste adem!

 

Deel dit artikel

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Full 2
Culinaire routes
De leukste restaurants, de meest verfijnde smaken, de eerlijkste gerechten.
Full 2
Full 2
Er op uit
Nederland is veelzijdiger dan je denkt. Laat het dagelijkse leven even achter je en geniet!
Full 2
Full 2
Fiets, wandel- en vaarroutes
Kom lekker in beweging en loop of fiets een mooie route!
Full 2
Full 2
Schrijf mee
Vertel jij graag mooie verhalen? Schrijf dan mee met de redactie van 50+
Full 2
previous arrow
next arrow
Scroll naar boven
Scroll naar top